Lockdown legt uitdagingen bloot van volatiele mobiliteit
Belang van niet-pendelverplaatsingen en volatiele mobiliteit in buurlanden
Onlangs heeft het Federaal Planbureau bekend gemaakt dat de lockdown een aanzienlijke impact had op de verplaatsingen in ons land. Niet alleen daalde in april het woon-werkverkeer met meer dan de helft, vooral de niet-pendelverplaatsingen namen enorm af. Daarbij gaat het om uitstapjes, winkelen, doktersbezoek enz. Vergeleken met een normale aprilmaand legden we in totaal 60 % minder kilometers af. Hoewel telewerk het fileleed bij woon-werkverkeer aanzienlijk heeft doen afnemen in de voorbije periode, blijkt woon-werkverkeer in totaal slechts te hebben geleid tot 12 % minder verplaatsingen. Daaruit blijkt de grote rol van niet-pendelverplaatsingen in onze mobiliteit. Daarnaast heeft de Vlaamse Confederatie Bouw al eerder beklemtoond dat mobiliteit een volatiel karakter heeft. En dit in heel Europa. Uit internationale precorona vergelijkingen blijkt dat een Belg gemiddeld 3 % meer autokilometers aflegt dan een Nederlander. En legt een Duitser 4 % meer autokilometers af dan een Belg.
Experts verwijzen geregeld naar historische keuzes in ruimtelijke ordening om de impact van mobiliteit te duiden. Uit een analyse op vraag van VCB blijkt evenwel dat het mobiliteitsgedrag zowel in onze steden als er buiten behoorlijk volatiel is en conclusies bijgevolg verre van eenduidig zijn. Bovendien geven internationale gegevens aan dat ook met een betere ruimtelijk ordening het aantal autokilometers slechts in beperkte mate daalt. Dat onderlijnt nogmaals het volatiele karakter van mobiliteit waarbij weinig sprake is van een één op één relatie met bijv. ruimtelijke ordening. De Nederlandse wegen bijvoorbeeld kenden vorig jaar 17 % meer files.
Wat minder files op hoofdwegen, maar meer verkeersoponthoud op kleinere wegen; slimme verkeersapps volop in gebruik; een verdubbeling van het aantal elektrische wagens: nooit zoveel speed pedelecs en andere elektrische fietsen in woon-werkverkeer en ten slotte meer treinreizigers. Dat zijn opvallende trends uit 2019 die zich de komende jaren sterker kunnen doorzetten. De Vlaamse regering wenst juist werk te maken van vervoersregio's om eenvoudiger over te schakelen van het ene vervoersmiddel naar het andere met openbaar vervoer zoals bus, tram, trein als belangrijk speerpunt. Ook de duizenden kilometers bijkomende fietspaden die gepland staan, zijn ingebed in die netwerken. Die visie sluit aan bij de ruimtelijke situatie in Vlaanderen en dient ondersteund te worden door de ruimtelijke plannen. De aangekondigde bouwshift zal voornamelijk werken op de toename van reconversieprojecten en nieuwe verdichte bebouwing, maar de bestaande gebouwen zullen voor het merendeel ook het landschap kenmerken in 2050.
Naast het feit dat telewerk in deze coronaperiode aanzienlijk heeft bijgedragen tot minder fileleed, leiden de vele niet-pendelverplaatsingen tot luchtverontreiniging. Minder CO2-uitstoot vereist het gebruik van minder fossiele brandstoffen. Naast de digitale shift van de voorbije maanden, kan dit laatste op verschillende manieren aangepakt worden zoals meer deelauto's; openbaar vervoer; fietsen; voertuigen op aardgas, biobrandstoffen, elektriciteit of waterstof; thuiswerk enz.
Telewerk, lokale hubs van bedrijven, de digitale shift enz. heeft een duidelijke impact op fileleed. Die recepten bieden opportuniteiten om piekmomenten in mobiliteit terug te dringen. Daarnaast heeft de VCB al geruime tijd gewezen op het belang van meer kantoorgebouwen aan treinstations om met behulp van de groene mobihubs die de Vlaamse regering voorziet, klimaatvriendelijk en toch zo snel mogelijk uw werkplaats te bereiken,
besluit Marc Dillen, directeur-generaal van de Vlaamse Confederatie Bouw.
Bronnen
- Bron autokilometers in België, Nederland en Duitsland : https://mobilit.belgium.be/sites/default/files/rapport_kilometers_2017_nl.pdf
- Files in Nederland : https://www.anwb.nl/verkeer/nieuws/nederland/2019/december/knelpunten-2019
- Volatiele mobiliteit in centra en elders : https://vcb-blog.be/_files/200000140-00d2a01ca8/Rapport_woningbouw_Jelle_Laverge_UGent_II.pdf