In 2022 naar omgevingsdenken op maat van elk huishouden
Wat brengt 2022 voor het Beleidsplan ruimte Vlaanderen? Zal een breed omgevingsdenken de hoofdtoon gaan vormen, dat alle (maatschappelijke) uitdagingen weerspiegelt op maat van elk huishouden? De Vlaamse Confederatie Bouw zet alvast in op zo'n holistische aanpak dat niet alleen de gunstige, ruimtelijke trends erkent en versterkt. Maar ook de ambitie heeft om de leefomgeving van alle huishoudens te verbeteren. En dat samen met hen en ongeacht hun woonplaats. Ruimtelijke, demografische en economische ontwikkelingen maken een tabula rasa immers onmogelijk. Net daarom staan klimaatadaptieve ingrepen en de kwaliteitsvolle inrichting van de bestaande ruimte centraal in de bouwshift. Die ingrepen zijn broodnodig en vergen ook heel wat investeringen van overheidswege.
Kansen bij verspreide stedelijkheid
In een recent artikel wijzen stedenbouwkundige experts op de ruimtelijke karakteristieken van Vlaanderen en de kansen & knelpunten die erin vervat zitten.* Zo is er verspreide stedelijkheid, maar die laat ecologische rijkdom toe. Voorts maken verspreide woningen meer lokale hernieuwbare energieproductie mogelijk. Denk maar aan het areaal aan daken voor pv-panelen. Intussen blijkt uit buitenlandse ervaringen dat het gebruik van een elektrische wagen gemakkelijker is en het laadcomfort groter is bij huishoudens met een individuele woning. Ook in ons land werden de hinderpalen om te laden aan appartementsgebouwen onlangs onder de aandacht gebracht. Daarnaast maken geothermische boringen opgang en zijn die wijdverspreid over de hele regio (bron Rura 2021). Ook de korte keten economie krijgt heel wat kansen. Dat heeft ook het laatste ruimterapport van de Vlaamse overheid bevestigd: huishoudens buiten de steden doen veel frequenter beroep op producten zoals groenten en fruit afkomstig uit de nabije omgeving.
Daarnaast heeft de VCB in een eerdere blog gewezen op de neveneffecten van een planmatige aanpak eenzijdig gericht op ruimtelijke beperkingen. Zo staat het belang van meer verdichting buiten kijf, maar experts wijzen erop dat enkel compacte stedelijkheid geen wonderrecept is en dat er bovendien heel wat ingrepen aan te pas komen om er een kwaliteitsvolle woonomgeving te bekomen. Meer nog, louter op verdichting gerichte planningssystemen leiden tot prijsschokken en tot verdere verspreide bebouwing elders. Zo tonen Amerikaanse voorbeelden aan dat planmatige verdichting in de ene regio, verspreide bebouwing in de naburige regio in de hand werkt.*
Omgevingsdenken
Bij de start van dit nieuwe jaar wijst de VCB op het omgevingsdenken dat de Vlaamse overheid eind vorig jaar heeft naar voren geschoven bij de voorstelling van haar Ruimterapport. Daarbij is het zaak om verschillende uitdagingen en doelstellingen op elkaar af te stemmen. Zo vermijd je dat er onnodig hindernissen worden opgeworpen. Een bouw- of renovatieproject en bij uitbreiding een bestaande woonomgeving vergen een gerichte aanpak op het vlak van energie, mobiliteit, laadinfra, waterhuishouding, groen, klimaatadaptatie, sanering enz. Die doelstellingen bundelen om een kwaliteitsvolle inrichting te realiseren van de bestaande ruimte, bekom je niet met een bouwstop of door woonplaatsen te quoteren.
Wel is het van belang om de bestaande toestand - die het resultaat is van ontwikkelingen in de afgelopen eeuw - niet zomaar overboord te gooien. Er is nood aan een pragmatische, betaalbare en bijgevolg hybride aanpak: valoriseer de huidige voorzieningen en de kwaliteiten van de bestaande woonomgevingen zowel binnen als buiten steden de steden. Denk daarbij aan levenskwaliteit, onderwijs, werk, voeding, aanwezigheid van groen enz. Die troeven vormen de basis om de leefomgeving van elk huishouden te versterken en te verduurzamen. Daarom rust een optimaal omgevingsbeleid niet alleen op meer en betere verdichting, maar ook op het verduurzamen van de huidige bebouwing. Beide zijn cruciaal om tegen 2040 op een maatschappelijk haalbare manier te evolueren naar 0 ha/dag bijkomend ruimtebeslag.
Historisch zijn in Vlaanderen het merendeel van de huishoudens eigenaar van een grondgebonden eengezinswoning. En dat biedt net kansen om op korte termijn die woningen en tuinen te verduurzamen op het vlak van energie, laadpalen, biodiversiteit, waterhuishouding enz. Want uit de praktijk blijkt dit bijv. bij oudere appartementsgebouwen een stuk lastiger en trager te verlopen. Aangezien de vaak verspreide bebouwing in de toekomst niet weg te denken valt, is het van belang ruimtelijke kansen aan te grijpen om zowel te verduurzamen als woonnoden van de huishoudens in te vullen. Tegelijkertijd dringt goede verdichting zich meer dan ooit op, aangezien het aantal huishoudens blijft toenemen en de ruimte voor wonen schaars is,
zegt Marc Dillen van VCB.
*Bron: 'Ontwerpend onderzoek voorbij de tegenstellingen' (van drs. Arch. Maarten Gheysen; dr. Arch. Erik Van Daele, prof. dr. Kris Scheerlinck van de faculteit architectuur KU Leuven).