Atypische Vlamingen ?
Zelfvoorzienend in energie, transport, afvalverwerking, waterzuivering, voedselproductie enz.
"Terwijl in de rest van de wereld 55 % in verstedelijkt gebied woont, is dat hier slechts 30 %", stond te lezen in De Standaard van 7 april. Het merendeel van de Vlamingen woont niet in stedelijke centra. Het is dan ook een goede zaak om de voordelen van een stad in de verf te zetten. Maar is wonen in het zogenaamde buitengebied nadelig of af te raden, onder meer vanwege het woon-werkverkeer? Of toch eerder een optie op de toekomst in Vlaanderen?
Verdichtingsprojecten in de stedelijke centra zijn nodig, maar lopen vandaag te vaak vertraging op. Rekening houdend met een gestroomlijnd verloop, kent een stadsvernieuwingsproject momenteel een doorlooptijd van 12 jaar. De ambitie van de Vlaamse regering om in één generatie een verschuiving van buitengebied naar stedelijke kernen te verwezenlijken, zal dan ook niet over een nacht ijs gaan. Niet alleen vergt de demografische groei heel wat nieuwe wooneenheden, ook zal de Vlaming zijn handen vol hebben met de renovatiedoelstellingen en daarbovenop komt de beoogde grootschalige verdichtingsoperatie.
Elders in de wereld maken in grotere steden peperdure micro-appartementen opmars. Woonruimtes van 30 m² vormen er geen uitzondering. Jonge werkenden koppelen er zo een centrale ligging aan betaalbaarheid. Is een dergelijke piste ook weggelegd in ons land?
Ook andere trends zien stilaan
het daglicht. Positieve energiewoningen kondigen zich nu al aan. Dat betekent dat een woning meer
energie zal opwekken dan nodig, die kan ingezet worden voor het transport van
haar bewoners: de elektrische fiets of wagen. Voorts zijn er de eerste
pilootprojecten om eco-dorpen uit te testen. Zelfvoorzienende entiteiten op het
vlak van energie, afvalverwerking en waterzuivering die de ecologische
voetafdruk van de bewoners laag houden. Lokale voedselproductie houdt naast
voordelen op het vlak van transport ook gezondheidswinst in aangezien de bodem
en de buitenlucht van een betere kwaliteit zijn dan bijv. in stedelijke centra.
Dit kan toekomstmuziek lijken in een veraf gelegen gebied, maar momenteel zijn
de voorbereidingen gestart nabij Almere
in Nederland. In Vlaanderen kan een gelijkaardige aanpak leiden tot de
omvorming van landelijk gelegen bebouwing tot zulke 'eco-parken'. In combinatie
met trends zoals thuiswerk en decentrale werkplekken kan een dergelijke formule
de voetafdruk van de Vlaming verkleinen en tegemoet komen aan verzuchtingen
rond luchtkwaliteit, ruimte, groen en stilte.
Welke klemtoon willen Vlamingen leggen, die vandaag vooral hun gading vinden in het wonen en leven buiten de stedelijke kernen ? Een grootscheepse verschuiving naar stedelijke kernen in functie van het huidige mobiliteitsaanbod of het bestaande woningenpark optimaal energetisch opwaarderen in combinatie met innovaties rond o.a. mobiliteit en werkplekken?
Hoe dan ook kan men niet buiten het voorziene woonuitbreidingsgebied om de extra 550.000 gezinnen tegen 2050 te huisvesten. Naast de 70.000 te renoveren/vervangen woningen per jaar, is er jaarlijks nood aan duizenden nieuwe wooneenheden om die demografische groei en de veranderende gezinssituaties op te vangen. In het andere geval komt de betaalbaarheid en het comfort van wonen danig in het gedrang.